Tagarchief | Qeshm

Perzisch tapijtje

Het is bijna zover, we mogen weer op pad! Gelukkig wel! Terug naar het land waar we ons hart aan hebben verloren, terug naar Iran. Nadat we met enige moeite ons derde Iraanse visum hebben verkregen, vertrekken we op 23 maart richting Tehran. We zullen dit keer ook een overstap moeten maken in Istanbul, aangezien de KLM vorig jaar is gestopt met rechtstreekse vluchten op Iran. Heel erg jammer, en nog bedankt Mr Trump!

Afgezien daarvan zijn we gewoon ontzettend blij om terug te kunnen keren naar dit prachtige land. We hebben weer een mooie route bedacht, best een uitdagend plan waarbij we veel nieuwe gebieden gaan ontdekken, maar uiteraard moet er ook ruim genoeg tijd over blijven om vrienden te bezoeken, banden te versterken, en gewoon voor de gezelligheid. Nadat we geland zijn in Tehran zullen we een paar uurtjes bijslapen en vervolgens verder vliegen naar een voor ons onbekend gedeelte van Iran, namelijk Iraans Koerdistan. Een week lang reizen wij met een Koerdisch gezin (Javad, Leili en baby Ali van net 1 jaar) door dit prachtige gebied. Mooie landschappen, bergen, gestapelde dorpjes, en de gastvrije Koerden, we kijken er naar uit!

Vanaf Tabriz vliegen we helemaal naar het noordoosten van het land, naar de stad Mashhad. Een hele heilige stad, hier gaan we ons vergapen aan de pracht en praal van de Iman Reza heilige schrijn. Religie en sublieme kunst verenigd in een schitterend complex. Dat met name in de avond werkelijk sprookjesachtig verlicht is, als ware het een Efteling paleis. Vanaf Mashhad nemen we een “savari” busje naar een uithoek dichtbij Afghanistan, naar het plaatsje Nashtifan. Hier kunnen we de verticale windmolens bewonderen die daar al meer dan 1000 jaar rond staan te draaien. Unesco werelderfgoed. De nachtbus brengt ons naar Kerman, waar we ons zullen herenigen met zowel Hadi als met Shiva en de familie.

Dan terug naar Shiraz, de favoriete stad van Lianne. We slapen bij onze vriend Peyman, en zullen daar nieuwe en bekende plekken bezoeken. Vanaf Shiraz gaan we een dag en een nacht het Zagros gebergte in, op bezoek bij de Qashqai nomaden stam. Hoe zal het zijn om te slapen in een vilten nomaden tent? Over een maand zullen we het weten! Met de nachtbus gaan we naar het zuiden, de warmte (lees hitte) tegemoet. Op Qeshm eiland blijven we twee nachten en we gaan er een nacht kamperen op het strand van het rode eiland Hormuz in de Perzische golf. Na de zinderende hitte van de eilanden, is het tijd om het maanlandschap te verruilen voor de zandduinen en de zoutvlaktes bij Varzaneh. Benieuwd of we de flamingo’s daar gaan zien! Na twee nachten verhuizen we naar Kashan, we zijn daar te gast bij de ouders van onze vriend Arman.

We sluiten af in Tehran zelf, een stad die we nog niet heel erg goed kennen. Bij Arman, eindigen we de reis. Na twee dagen Tehran verkend te hebben is het tijd om weer terug te reizen op het vliegende tapijtje richting Schiphol. Let op! De berichten zullen niet dagelijks verschijnen aangezien we niet overal wifi verwachten te hebben. Reizen jullie weer mee?

De route

Wietdampen

Woensdag 10 april, Qeshm. Heerlijk geslapen. Tegen half 8 staan we op. Buiten, in de tuin onder de sinaasappelboom heeft Peyman een ook wastafel met spiegel, dus het is veel handiger je daar op te frissen dan binnen in het badkamertje zonder licht. De vogels zijn ook al wakker. We pakken alles weer in, en we vertrekken met Peyman. Eerst gaan we naar een soort van truckerscafe in de buurt. Vol stoere waterpijp rokende mannen. Hij had ons al gewaarschuwd. De reden dat hij hier heen wilde is voor het fantastische ontbijt. En dat blijkt zeer terecht. Een groot dienblad met tomaten omelet, een schotel met ash (soort dikke peulvruchtensoep), broden, rauwkost en granaatappel “jam”. Thee erbij en we smullen er met z’n 3-en van voor minder dan 2 euro. Zo, das alvast een stevig begin van de dag.We rijden de stad uit, en dat duurt even want in Shiraz wonen meer dan 2 miljoen mensen. Het is een uurtje rijden naar het bergdorp Ghalat. Een schattig dorpje met oude huisjes, balkonnetjes, en hier en daar een winkeltje. Er stroomt een nu wel zeer snel stromend riviertje doorheen en er is een bos aan weerszijde van het riviertje. Overal zijn picknick plaatsen en kleine restaurantjes en cafeetjes. De bloesem komt net uit.

Morgen is het weekend en dan is het hier een gekkenhuis. Dan komt heel Shiraz hier picknicken. Maar nu is het er heerlijk rustig. In deze omgeving worden er veel papavers en dergelijke verbouwd zegt Peyman. Elke supermarkt verkoopt onder de toonbank ook drugs. Hey, dat hadden we hier niet verwacht. De winkeltjes ogen namelijk niet erg bijzonder. Toch heeft hij gelijk. Want waar we ook lopen, hangt er zo nu en dan echt een enorme wietlucht. Ook vrouwen zien we wiet roken. We lopen een stuk omhoog langs het riviertje. Het lijkt hier qua landschap een beetje op Luxemburg. Dat verwacht je niet zo ver van huis.We drinken kruidenthee met een heel lekker koekje erbij. Buiten onder de bomen die net vol bloesem staan. De eigenaar speelt sitar, en overmorgen geeft hij een concert in Shiraz. Dus zit hij tijdens de thee nog wat te pingelen. Na de thee hebben we zowat het hele dorp wel gezien, en rijden we terug naar Shiraz. We bezoeken de Afif Abad garden. Een grote oude tuin met een gebouw uit de Qajar tijd in het midden. Het huis en de inrichting ervan zijn nog redelijk jong. Franse Louis de zoveelste meubels en kroonluchters van kristal uit voormalig

Tsjechoslowakije. De tuin heeft mooie hoge palmbomen en bomen met roze bloesem. Verder is het slecht onderhouden.Tijd voor een lunch! We hebben geen zin in een zware maaltijd. Peyman oppert een salade. Bij Kahoo Saladbar, die pas een maand geleden haar deuren opende bestellen we elk een salade. En een vers fruitsapje. Het smaakt heerlijk, en de porties zijn enorm. Tegen een uur of half 5 zet Peyman ons af bij Shiraz International Airport. We checken in en bestellen een koffie. Die zit vreemd genoeg in een mok van Starbucks. Terwijl er in heel Iran geen Starbucks te vinden is, haha!

Op de airport krijgen we een berichtje dat onze terugvlucht vanaf Qeshm naar Esfahan na 3 tijdswijzigingen nu geheel geannuleerd is. We vliegen zo meteen dus naar Qeshm maar het is onduidelijk hoe we er weer weg komen. Dat is wel balen! We reizen met een piepklein vliegtuig van IranAir. De vleugels hebben propellers. Wij zijn de enige buitenlanders aan boord. De steward is ook in Nederland geweest en binnenkort gaat hij weer. Want hij wil beslist naar Giethoorn, dat lijkt hem echt fantastisch. Bovendien kan hij daar dan Chinees eten. We weten niet wat we horen.Na het opstijgen vliegen we al snel over lake Marhanloo, het roze meer. En ja, van bovenaf is het nog veel rozer. Het is zelfs superroze.Anderhalf uur later landen we op Qeshm airport. Direct als we uit het vliegtuig stappen merken we het meteen. Het is al avond, donker maar nog steeds bloedheet. Masood komt ons ophalen, hij zal de komende 3 dagen onze gids zijn. Een aardige  relaxte vent is de eerste indruk. We rijden in ongeveer 3 kwartier naar Dargahan, een van de 3 steden en 97 dorpjes op het eiland. Wij slapen in het Singo hotel. De kamer overtreft alle verwachtingen. Het lijkt wel een appartement. Zithoek, tafel en tv/toilettafel in de eerste ruimte. Een groot fancy, comfortabel bed in de tweede ruimte. Plus grote badkamer. En dat allemaal voor 20 euro per nacht inclusief ontbijt….het is weer een schot in de roos!

Mudskipper

Donderdag 11 april, Qeshm. Heerlijk geslapen, en rond half 8 er uit. Het ontbijt buffet staat al klaar. Er zijn 4 warme gerechten maar we weten niet wat het is. Toch maar liever brood met kaas en honing en een kop thee.We hebben tegen half 10 afgesproken met Masood.Eerst nog wat kleding laten wassen. Dat gaat per stuk maar de prijzen vallen mee. Laten we dat maar doen dan. We rijden Dargahan uit naar de Khorbas caves. Deze grotten zijn zowel natuurlijk, als gedeeltelijk ook door de mens uitgehakt in een loodrechte rotswand. Er is een heel gangenstelsel, en nog wat vage restanten van uitgehakt dieren en hoofden van goden. Niet heel bijzonder. Dan rijden we naar de Valley of Stars, de sterrenvallei. We betalen 100.000 rial per persoon (0,65 €). Hier gaan we een trail lopen die langs allerlei rotsformaties leidt. Soms kan je met enige moeite een dier in een rots zien.Dat de vorm van de rots op een dier of een mens zou lijken. Maar eigenlijk maakt dat helemaal niks uit. De vallei is prachtig van zichzelf met tufstenen rotskegels, pilaren van steen, allemaal ontstaan vanuit eeuwenlange erosie. Eerst lopen we beneden in de vallei, later klimmen we hogerop voor een spectaculair zicht van bovenaf. Het is fenomenaal.

Bij het wijdse witte strand bij de Naz eilandengroep gaan we ook even kijken. Het was eb en dan kan je er met de auto heen rijden. Of er heen lopen. Maar nu komt de vloed opzetten en enkele auto’s zijn maar amper op tijd terug op het strand. Lianne krijgt een kleine henna versiering op haar arm van een vrouwtje met traditioneel masker. We passeren Hengam eiland. Hier zou je dolfijnen kunnen spotten tijdens een boottochtje. Ook zien we overal kamelen, bruine en witte. We gaan eerst lunchen. Bij een familie restaurant. We mogen in een ruimte met airco zitten. Michel neemt rijst met haai, die gewoon naar vis blijkt te smaken. Een haai is natuurlijk ook gewoon een vissoort. Lianne neemt garnalen. Dan rijden we naar het Hara Sea Forest, het grootste mangrovebos van de Perzische Golf. We huren een bootje. De mangroves zijn zeer uitgestrekt. We vragen om dicht langs de oevers te varen in de hoop dat we dan vogels of andere dieren zullen zien. Maar het bootje maakt zoveel geluid dat de enkele vogel die we zien verschrikt en snel opvliegt. Jammer. Na een tijdje gevaren te hebben zegt het boot mannetje dat hij wel een plek weet met veel vogels. En waar we aan land kunnen komen.En inderdaad, deze plek is prachtig. Een hele kolonie lepelaars in de bomen.Wel een stuk of 20, en ze hebben grote nesten. Er staan diverse reigers in het water. Net om de bocht kunnen we er uit. Voorzichtig uit de boot, en langzaam over de zeer glibberige bodem van de zee lopen op blote voeten. We komen zonder uitglijden aan wal, en dan is het soppen door de zompige bodem. Best lekker eigenlijk! Luchtwortels van de mangroves, kleine struikjes en overal maar dan ook echt overal waar je kijkt zie je holletjes in de bodem. In die holletjes zitten natuurlijk beestjes. IMG_1808Krabbetjes, maar ook veel “mudskippers” (modder springers). Dat is een amfibie achtig visje met pootjes. Hij verschuilt zich in een modderholletje, en soms springen ze eruit. Heel snel glijden ze met hun korte pootjes over de modder en dan duiken ze snel een ander holletje in. Hoe bijzonder dat we die hier gezien hebben. We zijn zo’n anderhalf uur in de mangroven geweest. Het is echt een aanrader.Het dorp Laft is de laatste stop. Een oud vissersdorp. Het is vooral bekend om zijn talloze Badgirs (windtorens), de Perzische variant op natuurlijke airconditioning. We beklimmen een heuvel boven het dorp en zien misschien wel meer dan 30 Badgirs. Een prachtig gezicht. Je kunt zien waar de rijke families wonen, zij hebben uitbundig versierde Badgirs. Eenvoudige families hebben slechts een hele simpele variant.In de avond gaan we in Dargahan op zoek naar een restaurant. Lastig, we zien alleen fast food tentjes. Dan maar een broodje gebakken kip met uien. Ook prima. Voldaan lopen we terug naar het Singo hotel.

Pannekoek met zand

Vrijdag 12 April, Qeshm. Vroeg uit de veren want om 06.15 uur moeten we klaar staan. Masood komt ons ophalen om naar het eiland Hormoz te gaan.Het is een klein half uurtje rijden van Dargahan waar ons hotel is naar Qeshm stad. Vanaf Qeshm stad vertrekt de veerboot om 7 uur naar het andere eiland. De overtocht duurt 45 minuten. De boot is aan de kleine kant voor zoveel passagiers. Maar kinderen worden op schoot genomen zodat toch iedereen kan zitten. We zitten verspreid. De familie naast Lianne smeert brood. Ze krijgt van de vrouw ook een rolletje brood met smeerkaas. We hebben nog niet ontbeten dus neemt ze het graag aan.Dan arriveren we op Hormoz. We moeten vervoer regelen en huren een auto met chauffeur. De kosten zijn relatief hoog 350.000 ir ( 2,35€ per uur). Allereerst gaan we ontbijten. Dat doen we op een hoekje op straat. Een soort pannenkoeken met rode Hormoz saus. In die saus zit het rode zand van dit eiland. Rijk aan ijzer. We eten dus pannenkoeken met zand! Ze smaken best goed, je proeft geeneens een zanderige smaak. Met de auto gaan we verschillende highlights van Hormoz bekijken. Er is maar 1 weg rondom het eiland dus veel keuze is er niet. Steeds als er een opstopping van tuktuk’s en auto’s is, is er dus ook iets te zien.Dan gaan we steeds een stuk(je) lopen om het natuurschoon te bewonderen. En dat is er zeker, natuurschoon. Men zegt dat toen God de aarde maakte, hij heel veel kleuren nodig had. Toen hij klaar was had hij nog kleuren over. En die liet hij vallen op het eiland Hormoz. Eerst tuffen we naar de Silent Valley. Een mooi stuk natuur. En veel zout. Heel veel zout. He denkt dat je besneeuwde bergen ziet, maar alles is van zout hier. Een klein stroompje met zoutafzettingen aan weerszijden. Eilandjes van zoutkristallen. Zo mooi! Aan het einde van het dal is er een “waterval”. Een hele mooie, helemaal van zout. We klimmen tot bij de “waterval”, die dus geen waterval is. Er is ook een groep jonge mensen uit Polen die we vandaag nog vaker tegen zullen komen. In deze vallei is er geen echo. Als je iets roept verstomd het. Vandaar de naam Silent Valley.We stoppen bij een grot. Ook weer met zoutafzettingen. Niet heel spectaculair. Wat wel enorm mooi is, is de “Rainbow valley”, de regenboog vallei. Hier zie je een explosie aan kleuren, als we Masood mogen geloven meer dan 70 tinten. Overwegend bruin, oker, paars, rood, roze, wit, en zwart en alle kleuren daartussen. Mineralen in de bodem veroorzaken deze kleurenpracht. Je loopt hier door een smalle vallei. Veel zoutafzetting op de bodem en op de rotswanden. Het zout kleurt van bruinig naar oker, naar roze, naar felrood. Ook zien we een felrood riviertje tussen de zoutafzetting. Onaards mooi dit kleuren spektakel.De volgende stop is bij een op het eerste gezicht niet hele interessante vallei. Masood verteld niet wat er te zien is, maar we gaan lopen. De brede vallei wordt steeds smaller, tot je in een hele smalle kloof komt met rotsblokken. Statue valley. Het klauterwerk begint, en na een tijdje bereiken we het eindpunt. Zo mooi! Je staat hier heel hoog op de rotsen, en beneden je ligt in een afgrond een heel mooi strand en de zee. Prachtig, prachtig. Een wauw moment! Na heel wat foto’s klimmen we terug. Er is ook een klein cafeetje bij de weg, daar nemen we een thee. Het heet Robinson café, en ze draaien zwoele Spaanse hits. In Iran!!! Haha!!De grot. Of we goed kunnen klimmen en in lage ruimtes kruipen? Vraagt Masood. Hij geeft aan hoe laag en hoe lang het kruipen is. Voor Lianne misschien niet zo’n goed plan. Michel wil het wel proberen. Dus hiken we een stuk naar de grot. Lianne blijft wachten en gaat plantjes en insecten fotograferen. Michel en Masood klimmen de grot in. Flink omhoog en in de grot omlaag. Kruipwerk. En dan worden ze beloond met een kleurenpracht. Heel de grot is gestreept in felle kleuren. Een psychedelische ervaring. Dit verwacht je niet als je zo’n gat inklimt. IMG_7409Het is overweldigend. En Lianne heeft heel wat gemist. Toch wel een beetje jammer.We rijden naar Red Beach. Zoals de naam al zegt rood gekleurd. Onwerkelijk rood, felrood. Welkom op Mars! Want het lijkt wel een andere planeet hier. Op Red Beach wordt het zand gewonnen voor de pannenkoekensaus. Very healthy.Onder Red Beach ligt Silver Beach. Met zwart zand met zilveren glitters. De zee is hier niet blauw maar roze/rood. Heel apart!

Bij Turtle beach kijken we diep een afgrond in naar een werkelijk prachtig strand. Licht zand, fel turkoois zee. De turtles zijn er niet, maar het is echt geweldig. Een stukje verderop nemen we een afslag naar een verafgelegen verlaten strand. Hier komt niemand! Hopelijk ook geen politie. Achter de auto kleden we om. Badpak en zwembroek aan. Heerlijk in de zee dobberen. Een stukje vrijheid. En juist omdat het verboden is voor vrouwen om in badpak of bikini te zwemmen, en ook zonder hijab (sjaal), is het aantrekkelijk. Om de regels te ontwijken, en ze aan je laars te lappen. Iran, het land waar niks mag, maar waar alles kan.

IMG_20190412_121537.jpg

Als je maar weet hoe! We lunchen bij een te duur restaurant. Althans te duur voor wat het is. De vis is niet lekker, en Lianne geeft haar vis aan de kat. De drankjes zijn nog het lekkerste hier. Verder snel vergeten dit adres. We rijden terug naar de boot en zien nog enkele gazelles wegspringen. De boot van 3 uur is goed gevuld. We doen alle 3 een power nap tijdens de overtocht. ’s Avonds eten we ergens een pizza bij gebrek aan wat anders. En tegen half 10 komt Masood ons ophalen om naar Shibderaz te gaan. Op het brede strand bij dit dorp komen zeeschildpadden tussen april en juli hun eieren leggen op het strand. Een lokale organisatie patrouilleert hier elke avond tijdens het broedseizoen.We zijn er nog maar net of er is al een schildpad aan wal gekomen. Ze bekijkt de plek, naar besluit terug te keren naar de zee. We zien haar langzaam terugschuiven de zee in. Hoewel we al op andere plaatsen zeeschildpadden gezien hebben (Borneo en Oman), blijft het steeds weer bijzonder. In het donker op het strand, bij het licht van de maan. En dan ook nog eens zo’n schildpad mogen zien. Geweldige afsluiting van de dag.

Tavalodet mobarak

Zaterdag 13 April, Dargahan. Er is er een jarig hoera, hoera! Tavalodet mobarak, happy birthday voor Michel. Voor de tweede keer jarig in Iran, hij wordt 56 jaar vandaag. Eerst een ontbijt, dan worden we om 9.30 uur opgehaald door Masood.De zon schijnt nog steeds, hoewel er zware regen is voorspeld. De scholen zijn uit voorzorg zelfs twee dagen gesloten op Qeshm vanwege de “zware regen”. Hebben de kinderen weer geluk! We rijden naar de Chahkooh canyon, en dan ben je wel een uur onderweg want dat is zowat aan de andere kant van het eiland. Qeshm is 110 km lang en 20-35 kilometer breed. Aangekomen bij de canyon zien we donkere luchten en de eerste dikke druppels beginnen te vallen.We hadden misschien toch wat eerder moeten vertrekken. De paraplu’s worden uitgeklapt en we beginnen toch maar aan de 1 kilometer lange trail die naar de ingang van de canyon leidt. Daar aangekomen zien we nog enkele andere mensen juist de canyon uitkomen. Waaronder een Roemeens gezin met twee kinderen die al 9 jaar onderweg zijn. Zij reizen met een omgebouwde bus en bezoeken Iran nu al voor de 14e keer. Ondertussen begint het hevig te onweren. De regen in de canyon zelf valt mee omdat het zo smal is. Door de regen wordt de ondergrond wel spekglad, dus is het erg opletten.De canyon is fantastisch, smal en met overal gaten met bronnen. De kloof is door een aardbeving in tweeën gespleten. Overal ronde vormen door erosie, gewelfde rotswanden, en het ontbreken van vegetatie maken deze plek een onwerelds mooie plek. Geschapen door God en door de natuur. We klimmen wat in de rondte. Door de regen kunnen we niet bij het achterste deel van de canyon. Maar het eerste deel is ook zeker meer dan de moeite waard! De regen is gestopt en de zon maakt weer een beginnetje. We rijden nu naar een scheepswerf aan het water bij de mangroves. Het water is onwerkelijk blauw.Hier zien we hoe de schepen gebouwd worden. Het duurt ongeveer 2 Jaar voor een groot schip als deze klaar is. In het blauwer dan blauwe water liggen schepen met een blauwe bovenkant. Een reiger pikt wat in het zand op de oever. Even verderop ligt een schip dat bijna af is. Michel en Masood klimmen helemaal omhoog en nemen een kijkje. Lianne gaat bij de oude schepen kijken die op de wal liggen. Mooie fotogenieke schepen met verweerd hout.Tijd voor de lunch. Masood heeft het restaurant van eergisteren in gedachten. Wij niet, echt een toeristenplek. We bellen met Nur van de Coludang Homestay of we welkom zijn voor de lunch. Het is goed, en we blijken er zelfs vlakbij te zijn. Wat een hemelse plek voor de lunch! Onder de schaduw van de bomen wordt een heerlijke lunch van rijst, vis, garnalen en dadels geserveerd. Echt 10x smakelijker dan die van gisteren. En de locatie is ook echt top!Na de lunch gaan we naar Statue Valley. Schitterende rotsformaties in allerlei kleuren. Het lijken wel paddestoelen van steen. Door de elementen van de natuur uitgesleten. De kleur groen voert de hoofdtoon. En niemand te zien ook hier. Roofvogels cirkelen boven ons hoofd, en een klein vogeltje scharrelt wat op de grond in het zand.De laatste stop is bij een groot waterreservoir. Een meer met eilandjes en bomen met vogels. Het water is van een aparte grijsblauw kleur. Helaas komt er een flinke bui, en kunnen we niet uitgebreid rondlopen.In Dargahan is een taarten winkel. Met een geweldig assortiment. Lianne kiest twee stukken gebak. En bij gebak hoort…..koffie ja. In het hotel bestellen we een espresso, en eten de taart op. Tavalodet Mobarak!Na zo’n groot stuk taart is de honger gestild. Nog een klein broodje kip of hotdog. Dan is het wel weer welletjes. We bellen nog even naar huis om te vernemen dat alles daar zijn gangetje gaat.

Delay

Zondag 14 april, Esfahan. Het regent pijpenstelen. Gedurende de nacht vele onweersbuien en als we opstaan komt het nog steeds met bakken uit de hemel. Nu is dat s’ nachts natuurlijk niet zo erg, want dan slaap je toch. We gaan vandaag reizen. Het gaat een hele lange reisdag worden. De rechtstreekse vlucht vanaf Qeshm naar Esfahan is enkele dagen geleden geannuleerd. Het enige wat we konden doen was weer terug op Shiraz vliegen en dan verder per bus of per auto naar het 450 km verderop gelegen Esfahan. Na het ontbijt gaan we weer inpakken. De bagage reorganiseren. Hoewel we op Qeshm niks gekocht hebben lijkt het volume meer te zijn geworden. Dat kan dus niet. Tegen 11 uur worden we opgehaald door Masood. We zouden bij droog weer nog teruggaan naar dat meer van gisteren. Maar het is te modderig om nu over dat zandpad daar heen te rijden. We rijden dus direct naar de 35 kilometer verderop gelegen airport. Het is droog geworden met zelfs zonneschijn. We checken in en nemen afscheid van Masood. We vliegen met Aseman deze keer. Als we net in het vliegtuig zitten komt er weer een flinke onweersbui. Het vertrek wordt uitgesteld. Na een uur wachten wordt het droger. We krijgen eerst nog een warme maaltijd van rijst met kip geserveerd in het nog steeds stilstaande vliegtuig. Na weer een half uur moet iedereen uit het vliegtuig naar de vertrekhal. Geen goed nieuws. Het is slecht weer in Bandarabas en daarom moeten we wachten. Na ruim 3 uur komt het verlossende woord, we gaan vliegen.Lianne heeft ondertussen meerdere malen gebeld met Mahmood onze host in Esfahan. Hij regelt ook het vervoer. Hopelijk wil de taxi nog naar Esfahan rijden nu we zo laat in Shiraz aankomen. In het vliegtuig krijgen we weer een maaltijd box met een pakje drinken, kokos chocolade koekjes, pinda’s en een sinaasappel. De catering is dus prima geregeld. Enfin, we stijgen op gelukkig. Na 1 uur en 20 minuten landen we op Shiraz International Airport. Terwijl we wachten op de bagage komt er een lange man met een IS-baardje naar ons toe gelopen. Of ik “Li-jen” ben toevallig? Ja dat klopt. Het is onze chauffeur, en hij heet Hadi. Hij heeft een grote mooie, en vooral snelle auto. Jammer genoeg spreekt ie geen Engels. Zo zoeven we Shiraz uit door de Quran poort. Hadi blijkt een super toffe jongeman te zijn, een hipster type. Na een uurtje of wat stoppen we. Hadi slaat in, we krijgen een ijsje. En hij maakt een thermoskan met koffie voor onderweg. Koeken en popcorn. Heel praktisch. De koffiestop is kort, want Hadi wil verder.Langzaam wordt het donker. Het is ook niet niks 450 kilometer. Hij draait goede westerse muziek, zoals Coldplay. Dan gaat het rijden ook makkelijker. Na ruim 5,5 uur gereden te hebben bereiken we Esfahan. Rijden een berg af, en dan ligt Esfahan aan je voeten. Al die lichtjes, prachtig. We ontmoeten Mahmood bij een restaurant waar zijn vrouw Maryam werkt. We kennen Mahmood nog van twee jaar geleden. Wat een leuk weerzien. Het restaurant is supermooi, in een tuin (Bagh) met kleinere ruimtes met glazen schuifdeuren. Hippe inrichting met lichte houten inrichting en een kachel. Het is ook best fris buiten. We hebben nog niks gegeten en nemen een fesenjoon (kip met granaatappelsaus). De smaak is subliem. Dan gaan we naar het huis(je) van Mahmood en Maryam. Daar drinken we nog thee en er is zoveel te vertellen! Tegen half twee gaan we slapen, traditioneel op matrasjes op het tapijt. Moe van het reizen. Shab khosh!

Singo hotel, Qeshm

Op het eiland Qeshm in de Perzische golf bleven we uiteindelijk 4 nachten. We boekten er het Singo Hotel dat in het stadje Dargahan ligt. Een hele goede en fijne keuze. We waren aangenaam verrast daar onze kamer naast een slaapgedeelte ook een living bleek te bevatten met 2 lekkere stoelen, tafel, toiletmeubel, koelkast, en een grote tv. De badkamer was erg ruim met een heerlijke douche. De slaapkamer was voorzien van een heerlijk bed. De kamerprijs was 3.870.000 rial, maar omdat Masoud voor ons had geboekt kregen we hier nog korting op, en betaalden we iets minder dan 20 euro per nacht inclusief een goed maar eenvoudig ontbijt met brood, ei, warme gerechten en thee. Singo hotel is gelegen op de eerste verdieping van een winkelcentrum. Centraal en superhandig. We hadden ons geen betere keuze hier voor kunnen stellen. We hebben hier ook de was laten doen voor een hele schappelijke prijs. Aanrader!